Trein naar Pakistan

"Wat hebben wij met Pakistan te maken? We zijn hier geboren. Onze voorvaderen ook. We hebben als broeders in uw midden gewoond." Imam Baksh kon niet verder praten. Meet Singh nam hem in zijn armen en begon te snikken. 


Kushwant Singh, Trein naar Pakistan
Hollands Diep, Amsterdam

Trein naar Pakistan grijpt je naar de keel. Ik deed het boek dicht en huilde. Kushwant Singh beschrijft in Trein naar Pakistan de belevenissen in het kleine Indiase dorp Mano Majra aan de grens met Pakistan. Als de Engelsen weg zijn valt het land uiteen. De moslims trekken naar Pakistan en de hindoes naar India.
Sikhs, hindoes en moslims leefden eeuwenlang in vrede samen. De grootste bedreiging voor Mano Majra was de rivier. Die kon in natte tijden ver buiten zijn oevers treden.
Het ritme van de mensen in Mano Majra wordt bepaald door de trein. Voordat het licht wordt geeft de posttrein twee lange fluitsignalen. Ogenblikkelijk wordt heel Mano Majro wakker. Als in de avond de goederentrein puffend binnenkomt, zeggen ze tegen elkaar, 'daar is de goederentrein'. En dat is zoiets als welterusten wensen. 
Juggut Singh is een mooie jongen die een relatie heeft met de dochter van de imam. Iets wat eigenlijk niet kan, maar Juggut is een man die zich niet altijd aan de regels houdt en daarom in de gaten wordt gehouden door de politie. Als een bende beroepsrovers de geldschieter Lala Ram Lal beroven en doden gaat de verdenking al gauw naar Juggut
In Mano Majro staat een ambtenarenlogement waar op een dag een belangrijke gast komt voor wie alles uit de kast wordt gehaald tot en met een hoertje voor in de nacht, meneer Hukum Chand, magistraat en adjunct-commissaris van het district. Hij inventariseert hoe de zaken er voor staan in het dorpje. Er zijn konvooien met sikh- en hindoevluchtelingen uit Pakistan binnengekomen en er zijn wat moslims vertrokken maar verder is het in Mano Majra rustig. 
Juggut wordt aangehouden tegelijk met een jonge man uit Delhi die juist na de moord in Mano Majro aan kwam zetten.
Toen begon het fout te gaan met de dienstregeling. De treinen reden onregelmatig en sikhsoldaten begonnen grote witte tenten op te zetten bij het station. Als er dan op klaarlichte dag een spooktrein aankomt en de inwoners wordt gevraagd hun voorraad hout in te leveren alsmede zoveel olie als ze kunnen missen, krijgen ze langzaam een vermoeden dat er iets vreselijks aan de hand is. 
De horror-treinen tussen Pakistan en India in 1947 tarten iedere beschrijving net zo erg als de treinen in Europa die enkele jaren eerder miljoenen mensen naar de dood brachten. 
Dan wordt ook Mano Majra verscheurd. Zoveel dode sikhs en hindoes. De moslims zijn niet meer veilig. Er is de magistraat Hukum Chand veel aan gelegen dat het in Mano Majra rustig verloopt. Dat is de reden waarom hij Juggut en de jongen uit Delhi weer vrij laat. Er zijn meerdere liefdesverhoudingen in het dorp tussen Sikhs en moslim-meisjes.  De moslims gaan met veel verdriet  weg naar een vluchtelingenkamp in de buurt, met het idee dat ze op een dag terug naar Mano Majra kunnen. 
Dan blijkt dat ze met de trein naar Pakistan zullen worden gebracht. Een groep beroepsrovers en een paar vluchtelingen zijn vast van plan om wraak te nemen. In het dorpje klinkt: 'Voor iedere hindoe of sikh die zij doden: dood er twee. Voor iedere treinlading doden die zij over de grens sturen: stuur er twee terug. Voor ieder konvooi dat wordt aangevallen: val er twee aan. Dat zal het moorden aan de andere kant doen ophouden.' Ze spannen een touw bij de eerste boog van de brug. Als de trein eronderdoor rijdt, zal het alle mensen die op het dak zitten eraf vegen. Dat zijn er minstens vier- of vijfhonderd. Hukum Chand bedrinkt zich. In de trein zitten ook moslims uit Mano Majra. 

135 pagina's